Een nieuwe lente, een nieuw geluid.
De onderhandelingen over de prijs van ons huis waren ondertussen met twee tussenstadia bij 48.000 euro aangeland waarbij de makelaar aangaf dat een bod van 50.000 euro hoogstwaarschijnlijk geaccepteerd zou worden door de verkopers. Ondanks mijn oorspronkelijke maximum van 40.000 ben ik toch meegegaan en heb mijn bod verhoogd naar 50.000.
Het was inmiddels herfst 2011; samen met Hans en Annelore togen wij naar de notaris in Steinheim om de Wasserstrasse 10 over te nemen, zodat wij vervolgens hun pand konden huren en vooral bewonen. Van bewonen was natuurlijk eerst sprake nadat er verhuisd was en het nodige opgeknapt, maar vooral gereinigd werd. Alleen dat reinigen heeft ons ongeveer zes weken gekost en de verhuizing hebben we vervolgens in fasen gedaan. De laatste keer met hulp van vrienden en een grote vrachtwagen. Daarna hoefden we, voor de overdracht aan de nieuwe huurster, nog maar één keer terug in Doesburg.
Maja’s verjaardag 2011 hebben wij in Nieheim gevierd met een etentje bij Jutta. Onze nieuwe buren hadden al onze bezigheden natuurlijk met argusogen gevolgd en stonden onverwacht voor onze deur met de uitnodiging om onder de kerstboom van Walter te komen kennismaken. Iedereen was blij met ons als beschaafde Nederlanders en vooral mijn Rudi Carrell Duits.
Het was Kerstavond 2011. Na een vertraagde overdracht keerden wij ‘s avonds terug naar Nieheim. Heel Duitsland zat aan de kerstgans, zodat wij over een lege A44 huiswaarts reden. Plotseling zagen wij rechts van ons iets dat langdurig voor ons zichtbaar bleef en leek op de ster van Bethlehem. Achteraf bleek het een Sojus raket te zijn die bij terugkeer in de dampkring verbrandde. Een uiterst spectaculair schouwspel had zich aan ons gepresenteerd.
In september 2012 heeft Maja haar serie ginseng kunstobjecten klaar. Ik heb daarvan, met het oog op de komende kaasmarkt, 42.000 postkaarten laten drukken met de bedoeling om die in setjes van twaalf te kunnen verkopen. In zo’n driedaags kaasweekeind komen ongeveer 60.000 belangstellenden en als daarvan 3% (1800) een setje koopt, dan zou dat een mooie financiële opsteker zijn.
Kaarten hebben we niet verkocht, maar we hebben Monika leren kennen. Ook dat was liefde op het eerste gezicht en toen zij ons zag, zei ze: “Eindelijk zijn jullie hier!” Vanaf dat moment tot daags voor haar tragische ongeval troffen wij elkaar minstens eenmaal per week.
Toen wij nog in Doesburg woonden, nodigde de Nederlandse kunstenares Froukje ons uit om de presentatie van haar jongste kunstwerk bij te wonen. Froukje had mijn eerste in eigen beheer uitgegeven boek ‘De negende weg’ gelezen en vond daarin treffende gelijkenissen met haar werk.
Tijdens de performance sprak Nelleke mij aan in verband met het model dat ik meegenomen had. Jaren later in Nieheim ontving ik van Nelleke een mail met het verzoek om mee te werken aan haar tentoonstelling in de kathedraal van Den Bosch. Diverse modellen hebben daar hun werk gedaan en er was zelfs even sprake van een mogelijk filmisch verslag.
De afwezigheid van één van mijn modellen veroorzaakte bij mij een leegte die ik trachtte op te vullen door het model nogmaals te bouwen. Achteraf bleek dat de beide modellen, die oppervlakkig gezien identiek zijn, elkaar aanvullen in de zin van mannelijk en vrouwelijk.
Beide modellen bestaan uit 108 cellen met een kern die uit zes neutrale cellen bestaat. Beide modellen zijn opgebouwd uit meer dan duizend gulden snede driehoeken, maar de 102 buitenste cellen zijn vijfhoekig (mannelijk) of zeshoekig (vrouwelijk). Het vrouwelijke model heeft 90 vrouwelijke en 12 mannelijke cellen, terwijl het mannelijke model 72 mannelijke en 30 vrouwelijke cellen bevat.
Begin 2020 hebben Maja en ik nog stevig corona gehad, toen corona nog geen mondiale hype was. We hebben hoestend rust genomen en ons lichaam ondersteund bij de herstelwerkzaamheden. Behalve de gesloten terrassen en restaurants was er voor ons in 2020 weinig schokkends en zouden we gemoedelijk kunnen overstappen naar 2021, ware het niet dat de wereld zich aan het voorbereiden was op de grootste aanval op ons bewustzijn.
Rudolf Steiner had ons lang voor de Tweede Wereldoorlog gewaarschuwd voor een nieuwe kruistocht tegen verlichting door middel van inenting. Zelfs de naam corona kon niet passender gekozen zijn.
Begin 2021 werd ik wakker met het woord ‘Haiku’ in mijn hoofd. Die drieregelige Japanse versjes vormden een nieuwe uitdaging voor mij, hetgeen allereerst resulteerde in een klein boekje. Daaruit ontstond het plan om Vedische Sanskriet begrippen tot Haiku om te vormen. Zo’n 1.400 begrippen kon ik via internet achterhalen, waarvan 1324 geschikt bleken voor bewerking.
Na een half jaar gedisciplineerd vertalen en omzetten kon het 1.324 Haiku’s bevattende ‘Vedische Haiku’s’ uitgegeven worden. De noeste arbeid aan dit boek bracht ook veel nieuwe inzichten en verbeterde bewoordingen van bestaande ideeën, zodat ik mij genoodzaakt zag mijn website (karavanserais.com) opnieuw van vorm en inhoud te voorzien.
WordPress bood mij de mogelijkheid, maar daarvoor moest ik mij wel vertrouwd maken met hun manier van visueel programmeren. Na zes weken kon de website online en bevat nu, verdeeld over dertig pagina’s, een schat aan informatie met betrekking tot bewustzijn en verlichting. Verlichting kent drie stadia (zelfrealisatie, verlichting en verlossing) en drie vormen van overdracht (geschreven of gesproken woord, gebaar of geste en ogenblik).
Nadat in de website alle puntjes op de diverse i’s gezet waren, ontstond het idee om de website in boekvorm uit te geven en dat geschiedde in oktober 2021 onder de titel: ‘In cognito ego est’. Wat restte, was een boekje met niet alleen het hoe en waarom van bewustzijn, maar ook iets over de auteur die al die ideeën mocht ontvangen en uitvoeren.
Zo ontstond het boekje dat je nu in jouw handen hebt. Wij zijn de vaten die bewust gebroken dienen te worden, opdat het daarin opgesloten goddelijk licht bevrijd wordt! Helaas functioneert onze samenleving als collectieve afspiegeling van individuele prioriteiten niet optimaal.
Dankzij de ongeremde mogelijkheden van privatisering is niet alleen het goddelijke in ons op de achtergrond geraakt, maar is dankzij deze privatiseringsmogelijkheden een samenleving ontstaan die weinig op heeft met samen leven en samen delen. Zelden las ik onze huidige toestand beter onder woorden gebracht als in het navolgende citaat over onze samenleving in het boek: ‘De stof waarvan dromen gemaakt zijn’ door Johannes Mario Simmel.
Fragment uit “Vergeten licht” ISBN 978-3-756524-25-9